Fiscale updates – Mei 2019 (Wet WIEG, Dividend uitkeren, Verruiming werkkostenregeling, etc)

 In Fiscaal

Wet WIEG
Per 1 januari 2019 is de wet WIEG in werking (Wet Invoering Extra Geboorteverlof) getreden. Door deze wet  wordt het recht van partners op geboorteverlof en het aanvullend geboorteverlof met twee belangrijke wijzigingen uitgebreid: 1) het geboorteverlof en 2) het aanvullend geboorteverlof.

De doelen van deze uitbreiding zijn een betere ontwikkeling van de band tussen partner en kind, vergroting van kansen van vrouwen op de arbeidsmarkt en het beter kunnen verdelen van de zorgtaken.

  • Geboorteverlof (ingangsdatum 1 januari 2019)
    De huidige wet geeft de partner een recht op twee dagen doorbetaald kraamverlof, op te nemen binnen vier weken vanaf de dag van thuiskomst van het kind. Dit recht wordt verruimd met de invoering van extra geboorteverlof. Met de komst van de WIEG wordt de periode van het kraamverlof langer: in plaats van twee dagen, wordt dit eenmaal de arbeidsduur per week.

Het opnemen van kraamverlof binnen vier weken blijft gelden, al zal deze termijn beginnen te lopen vanaf de eerste dag van de bevalling (in plaats van de dag van thuiskomst van het kind).

  • Aanvullend geboorteverlof (ingangsdatum 1 juli 2020)
    Nadat de werknemer het voorgaande geboorteverlof heeft opgenomen, heeft hij recht op aanvullend geboorteverlof zonder loondoorbetaling, ter hoogte van vijf keer de arbeidsduur per week (bij voltijdbaan dus vijf weken aanvullend geboorteverlof). Het aanvullende geboorteverlof is op te nemen binnen zes maanden vanaf de eerste dag na de bevalling.

De verlofmogelijkheden voor partners worden door de wet WIEG zo fors verruimd, tot maximaal zes weken. (maximaal 1 week geboorteverlof en maximaal 5 weken aanvullend geboorteverlof)

Aanvullend is het adoptie- en pleegzorgverlof per 1 januari 2019 uitgebreid van vier weken naar zes weken.

Modernisering kleine ondernemingsregeling (KOR) vanaf 1 januari 2020
Kleine ondernemers met maximaal € 20.000 omzet in Nederland kunnen vanaf 1 januari 2020 kiezen voor een vrijstelling van omzetbelasting. Dit betekent dat hij geen btw in rekening brengt aan zijn afnemers en dus ook geen btw meer mag vermelden op zijn facturen. Hij is daarnaast ook ontheven van het doen van btw-aangiften en bijbehorende administratieve verplichtingen. Daar staat tegenover dat deze ondernemer de btw die andere ondernemers aan hem in rekening brengen niet in aftrek kan brengen. De regeling geldt alleen voor de door hem in Nederland verrichte goederenleveringen en diensten.
Het kabinet wil hiermee de kleineondernemersregeling vereenvoudigen voor bedrijven en de Belastingdienst. De regeling gaat ook gelden voor bijvoorbeeld stichtingen, verenigingen en bv’s.

 

 

Dividend uitkeren
De tarieven in de vennootschapsbelasting worden in de komende jaren verlaagd, terwijl inkomen uit aanmerkelijk belang (box 2) zwaarder wordt belast. Bij het bepalen of het verstandig is om voor 2020 dividend uit te keren spelen een aantal factoren een rol.

vennootschapsbelasting IB
kalenderjaar eerste schijf regulier tarief Box II
2018 20,0% 25,0% 25,0%
2019 19,0% 24,0% 25,0%
2020 17,5% 22,5% 26,2%
2021 16,0% 21,0% 26,9%

 

Zo worden de tarieven in de vennootschapsbelasting vanaf 2019 geleidelijk verlaagd tot uiteindelijk 16% en 21% in 2021, terwijl het tarief in box 2 van de inkomstenbelasting juist wordt verhoogd tot 26,2% in 2020 en uiteindelijk 26,9% in 2021.

In hoeverre het tarief in box 3 zich in de komende jaren (on)gunstig ontwikkelt, hangt af van uw vermogenssamenstelling en de rendementsontwikkelingen in de markt.

 

Vooral van belang is wat u met het uitgekeerde dividend gaat doen. Gaat u het consumptief besteden dan bent u voordeliger uit als u voor 2020 dividend uitkeert. Doet u dit niet, en hevelt u slechts vermogen over naar privé, dan zijn de effecten divers en mede afhankelijk van uw rendementsverwachtingen. Neemt u daarom gerust contact met ons op voor uw vragen over de mogelijkheden rond het uitkeren van dividend.

Verruiming werkkostenregeling
Werkgevers kunnen vanaf 2020 tot € 2.000 hogere onbelaste vergoedingen geven aan hun werknemers. De zogenaamde werkkostenregeling, waarmee werkgevers bijvoorbeeld een kerstpakket of een bedrijfsuitje kunnen geven, wordt verruimd.

Op dit moment mogen werkgevers tot 1,2% van het totale fiscale loon (de loonsom van alle medewerkers samen) onbelast vergoeden of verstrekken. Dit is de vrije ruimte. Daarbovenop kunnen werkgevers onbelaste vergoedingen geven die zijn vrijgesteld, zoals voor reiskosten, een telefoon of opleidingskosten.

Dit percentage wordt vanaf 1 januari 2020 verhoogd naar 1,7% voor de eerste € 400.000 van het totale fiscale loon. Dit betekent bij een loonsom van € 400.000 dat werkgevers in de nieuwe situatie € 6.800  onbelast beschikbaar kunnen stellen in plaats van € 4800 euro nu. Voor het bedrag boven € 400.000 blijft het percentage van 1,2% gelden.

Met name midden-en kleinbedrijven hebben hier voordeel van.

Mocht er meer dan de vrije ruimte worden uitgekeerd of verstrekt dan dient de werkgever hierover 80% eindheffing over te betalen. Dit lijkt misschien veel, maar iemand met een inkomen in de hoogste schijf 51,75% is de belastingheffing 108% + bijkomende werkgeverslasten.  Maar ook inkomens onder het modaal inkomen van € 33.000, kan de marginale belastingdruk  voor de werknemer oplopen. Dit komt omdat deze groep vaak nog in aanmerking komt voor toeslagen. Verloning via de vrije ruimte wordt niet bij het bruto loon van de werknemer opgeteld.

Wijziging kantineforfait sportclubs
Vanwege de verhoging van het lage btw-tarief van 6% naar 9% per 1 januari 2019, is ook het kantineforfait voor sportclubs per dezelfde datum gewijzigd. Sportverenigingen waarvan de primaire activiteiten zijn vrijgesteld van btw-heffing, hoeven over hun kantineontvangsten geen btw af te dragen. Ze kunnen dan ook geen btw aftrekken over de inkoop. Voorwaarde is dat de kantineontvangsten in 2019 niet meer dan € 68.067 bedragen. Gaan de ontvangsten over deze grens heen, dan mag voor de btw-afdracht een forfaitair percentage worden toegepast. Dit percentage is verhoogd van 11,5% naar 13%.

De goedkeuring is alleen van toepassing als de kantine als normale nevenactiviteit van de sportclub kan worden beschouwd. Dit betekent dat de activiteiten van de kantine moeten samenhangen met de primaire activiteiten van de betreffende sportclub. Deze goedkeuring heeft tot gevolg dat de totale kantineontvangsten de grondslag vormen van de heffing. Dat geldt dus niet alleen voor de opbrengst voor het verstrekken van voedsel en drank, maar ook voor de opbrengst uit de exploitatie van speelautomaten en dergelijke.

BTW zonnepanelen
Als particulier is het mogelijk om de btw over aangeschafte zonnepanelen terug te vragen. Vanaf heden gelden daar termijnen voor, zo heeft de staatssecretaris van

Financiën bekend gemaakt.De termijn is vanaf dit jaar 6 maanden na het jaar van aanschaf. Schaf je dus in 2019 zonnepanelen aan, dan dien je vóór 1 juli 2020 de btw terug te vragen. Voor alle zonnepanelen die vóór 2019 zijn aangeschaft, geldt een termijn tot 1 juli 2019.

 

Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB)
Inmiddels heeft de Tweede Kamer ingestemd met het wetsvoorstel van de WAB. Wel zijn hier nog wat wijzigingen in aangebracht. Zo gaat de proeftijd van vijf maanden niet door. De positie voor werknemers zou dan te onzeker zijn. Deze maatregel gaat dan ook niet door, net als het plan om een proeftijd van drie maanden mogelijk te maken voor tijdelijke contracten van twee jaar of langer.

De volgende punten staan nog wel in het goedgekeurde wetsvoorstel:

  • De berekening van de transitievergoeding verandert. Nu wordt deze pas berekend na twee jaar dienstverband. In de nieuw situatie heeft een werknemer vanaf het begin van de dienstbetrekking recht op. De hogere opbouw voor werknemers die langer dan 10 jaar in dienst zijn geweest, gaat verdwijnen.
  • Voorheen moest je als werkgever een werknemer na 2 jaar een vast contract geven, dit wordt bijgesteld naar 3 jaar (of na 3 tijdelijke contracten).
  • Ook in de WW premie worden wijzigingen aangebracht. Zo ga je minder WW-premie betalen voor werknemers met een vast contract én voor jongeren tot 21 jaar die minder dan 12 uur per week werken. De premie gaat juist omhoog voor de werknemers met een flexibel contract.
  • Op het moment dat je als werkgever een werknemer wil ontslaan, moeten de ontslaggronden voldoende onderbouwd zijn. In de WAB is u vastgesteld dat er een cumulatiegrond is. Je kunt dan straks bij ontslag van een werknemer ontslaggronden die op zich niet voldoende onderbouwd zijn met elkaar combineren. Het is wel mogelijk dat een rechter dan een ‘straf’ oplegt in de vorm van een transitievergoeding die maximaal 50% hoger is.
  • Payrollwerknemers krijgen recht op dezelfde arbeidsvoorwaarden als werknemers die bij jou in dienst zijn. Ook vervalt het uitzendbeding en ruimere ketenbepaling voor payrollmedewerkers.
  • Je zal aan oproepkrachten met een nulurencontract of min-maxcontract jaarlijks een aanbod voor een vaste arbeidsomvang moeten doen. Dit aanbod is dan gebaseerd op de gemiddelde gewerkte arbeidsduur in de voorgaande twaalf maanden. Het is aan de oproepkracht om dit aanbod al dan niet te accepteren. Verder moet je een oproepkracht straks minimaal vier dagen van tevoren oproepen (in de cao kan deze termijn bekort worden naar één dag).
  • Er wordt een bedrag van € 48 miljoen beschikbaar gesteld aan kleine(re) bedrijven voor scholing van eigen werknemers.

Als de Eerste Kamer ook instemt met dit wetsvoorstel, zullen de wijzigingen met ingang van 1 januari 2020 van kracht zijn.

Indien u vragen heeft naar aanleiding van deze nieuwsbrief of vragen over u eigen specifieke situatie neem dan contact met ons ons: 038-4555555 of info@brockbernd.nl

Recent Posts

Start typing and press Enter to search